padelspeler serveert
Service, Slagen / Techniek

6 tips voor een betere service

Een padelservice spelen is eenvoudig als je het vergelijkt met tennis. Toch komt er meer bij kijken dan alleen maar de bal in het spel brengen. Zeker op recreatief niveau kun je met een goede service je tegenstander direct onder druk zetten. Hier zijn 6 tips om je service te verbeteren.

Tip 1: stuiter de bal schuin vóór je

Voor een goede service is het belangrijk om de bal schuin vóór je te stuiteren. Plaats je voorste voet in de richting waar je de bal heen wilt spelen. Steek je arm in diezelfde richting schuin naar voren om de bal te stuiteren. Op die manier heb je genoeg ruimte om je bovenlichaam mee te draaien, zodat je voldoende snelheid aan de bal kunt geven.

Stuiter je de bal recht voor je, dan kun je die draai niet maken. En dan is het lastig om voldoende kracht te genereren. Je service zal dan een stuk makkelijker terug te slaan zijn.

Tip 2: Beweeg je racket zo ver mogelijk naar achter


Veel beginners denken te makkelijk over de service. Ze brengen de bal gewoon in het spel zonder echt door te slaan. Dat is zonde. Wanneer je klaarstaat voor je service, houd je racket dan op schouderhoogte en zwaai zo ver mogelijk naar achter. En draai dus je bovenlichaam mee (tip 1). Zo kun je voldoende snelheid aan de bal geven, zodat je tegenstander direct onder druk komt te staan.

Tip 3: raak de bal op heuphoogte

Omdat je bij padel onderhands serveert, ligt de snelheid van de services een stuk lager dan bij tennis. Toch kun je echt nog wel een stevige service slaan. Het is hiervoor belangrijk dat je je racket goed naar achter brengt (tip 2) en dat je je bovenlichaam mee beweegt (tip 3). Vervolgens gaat het erom de bal te raken ter hoogte van je heup. Op die manier kun je de bal zoveel mogelijk naar beneden slaan en wordt de stuit lastiger voor je tegenstander. Let er wel op dat je niet boven heuphoogte serveert, want dat mag niet bij padel.

Tip 4: varieer met de plaatsing (en lees je tegenstander)

Er zijn verschillende manieren om een (voor je tegenstander) vervelende service te slaan. Bijvoorbeeld een service naar de buitenkant van de baan, die net op het randje van de wand valt. Je tegenstander zal twijfelen: direct nemen of eerst de wand laten raken? Bovendien kan de bal, als deze net op het randje komt, op een gekke manier terugkomen van de muur. Dat alles maakt deze service lastig voor je tegenstander.

Maar ook een service door het midden kan de tegenstander in de problemen brengen. Als deze hard genoeg is, komt hij misschien te laat bij de bal. Ook haal je hiermee je tegenstander uit positie: doordat hij naar het midden beweegt, ontstaat er ruimte aan de zijkant. Deze ruimte kun jij gebruiken om de bal scherp weg te leggen richting de zijwand.

Er is dus niet één goede richting voor je service. Het belangrijkste is dat je varieert, om vervolgens goed op te letten welke ballen je tegenstander lastig vindt. Is de speler aan je linker overzijde rechtshandig en heeft hij een sterke forehand? Probeer deze dan te omzeilen door veel door het midden te spelen. En wanneer hij zich daarop instelt, varieer dan een keertje met een gewaagde service naar buiten.

Tip 5: speel een vlakke service

Je hoeft geen overdreven topspin of een ander raar effect aan je service te geven. Het beste – en meest veilige – recept is over het algemeen een vlakke service. Een klein beetje slice mag wel. Op die manier zorg je dat de bal laag blijft, ook als deze van de muur terugkomt.

Bijkomend voordeel van zo’n ‘eenvoudige’ service, is dat hij minder foutgevoelig is dan een trucservice. Met voldoende snelheid en de juiste plaatsing is zo’n vlakke service een goed wapen.

Tip 6: Oefenen, oefenen, oefenen

Er is maar één manier om echt goed te leren serveren: eindeloos oefenen. Desnoods in je eentje met een zak vol ballen op een lege baan. Gezellig? Niet echt. Maar wel geweldig voor het inslijpen van een killerservice.

Oefen tot je het met je ogen dicht kan, zodat je service echt een routine wordt. Dan zul je zien dat op den duur je servicegame een zekerheidje wordt.