De hoge lob: een wapen bij padel
De lob is een veelgebruikte en belangrijke slag bij padel. Met een goede lob geef je jezelf en je partner tijd om in positie te komen. Je vertraagt de rally en dwingt je tegenstanders naar achter. Op die manier krijg je gelegenheid om een sterke positie aan het net in te nemen. Maar hoe sla je eigenlijk een goede, hoge lob?
Zo sla je een hoge lob
Een lob bereid je net zo voor als andere slagen. Je brengt je racket naar achter en buigt je knieën. Vervolgens probeer je goed onder de bal te komen, zodat je de bal steil omhoog kunt spelen. Hiervoor is het belangrijk dat je laag zit, dus flink door je knieën gaat. Dan beweeg je je racket omhoog. Hoe hoger de boog, hoe meer tijd je jezelf geeft om weer in positie te komen. Bovendien zorgt een grote boog ervoor dat je tegenstander de bal moeilijker van de wand af kan slaan. Dit maakt de hoge lob een belangrijk wapen.
Wanneer sla je een lob?
Als gezegd kan een lob je helpen om de rally te vertragen. Wanneer je onder druk staat van je tegenstander, kan dit een handig middel zijn om het tempo eruit te halen. Denk eraan dat het lastig is om een goede lob te spelen wanneer je tegenstander een strakke, harde bal speelt. Je moet namelijk wel tijd hebben om goed onder de bal te komen en vanuit een stabiele positie te spelen.
Je kunt de lob ook gebruiken om fouten uit te lokken bij je tegenstander. Zeker wanneer je op een wat lager niveau speelt, kan het lonen om je tegenstander een moeilijke smash te laten spelen. Speel een hoge lob, liefst aan de backhandkant, en kijk maar eens of je tegenstander in de fout gaat. Zorg er wel voor dat je de bal niet te gemakkelijk aangeeft, want dan is de kans op een fout natuurlijk een stuk kleiner.
Tot slot is een lob vaak een goede keuze bij de return. Met een hoge, diepe lob voorkom je dat je tegenstander direct een gemakkelijke bal aan het net krijgt. Je dwingt je tegenstander direct naar achter en kunt zo het initiatief in de rally pakken. Ook hier is er weer een addertje onder het gras: ga alleen voor de lob wanneer je voldoende tijd krijgt. Bij een harde, goed geplaatste service krijg je die tijd waarschijnlijk niet en is het risico dat je een te makkelijke lob speelt.
Waar sla je de lob heen?
De lob moet in elk geval achter de servicelijn komen. Zo voorkom je dat je tegenstander de bal direct aan het net kan afmaken. Hoe dichter je lob bij de achterwand in de buurt landt, hoe vervelender deze terugkomt voor je tegenstander. Natuurlijk is dan ook het risico wat groter dat je lob uit is. Probeer hier dus voor jezelf een balans in te vinden. Oefen de lob net zolang tot je hem goed diep en hoog kunt slaan, maar wel zo dat hij (bijna) altijd in is.
Behalve dat je de lob diep wilt spelen, is het ook goed om na te denken over de richting. Kijk hierbij goed naar je tegenstanders: hebben ze moeite met backhandvolley’s of -smashes? Heeft één van de twee een veel sterkere smash? Raken ze in de war bij ballen die in het midden van de baan komen, omdat niet duidelijk is wie van de twee de bal pakt? Al die dingen kun je gebruiken in je richtingkeuze. Zoek iemands backhand op, speel de bal richting de zwakkere smasher of creëer verwarring door de bal door het midden van de baan te spelen.
Veelgemaakte fouten bij de lob
Je slaat niet hoog genoeg
Zeker als beginnende spelers kun je hier problemen mee hebben: de hoogte van de bal. Omdat je nog niet voldoende vertrouwen hebt in je lob, sla je te voorzichtig. Dit levert vaak een eenvoudige volley of smash voor je tegenstander op.
Je probeert te lobben wanneer je uit balans bent
Voor het slaan van een goede lob is het cruciaal dat je stabiel staat en in balans bent. Een veelgemaakte fout is dat spelers proberen te lobben wanneer ze hier eigenlijk geen tijd voor hebben. Ze bewegen hun racket wel omhoog, maar komen niet voldoende onder de bal om genoeg hoogte mee te geven. Het resultaat: een makkelijke bal voor de tegenstanders. Ook kan het zijn dat ze door hun instabiele positie helemaal niet in staat zijn de bal over het net te spelen. In dit soort gevallen werkt het beter om de bal lager te houden, bijvoorbeeld door te blokken of (als het lukt) een chiquita te spelen.
Je tilt je hele lichaam op bij het slaan
In een poging om de bal maar omhoog te krijgen, kan het zijn dat je je lichaam optilt bij het slaan. Hierdoor raak je uit balans en zul je nooit een goede lob spelen. Het is belangrijk dat je je racket omhoog beweegt en dat de rest van je lichaam rustig in balans blijft.
Je probeert een te snelle bal te lobben
Sommige ballen van je tegenstander zijn zo goed, dat het geen zin heeft om een lob te proberen. Voor een sterke lob heb je namelijk een voorbereiding nodig en die kost tijd. Speelt je tegenstander een snelle, harde bal waar je met moeite bij kunt, probeer deze dan in eerst instantie te blokken. Wanneer je meer probeert te doen, is de kans groot dat je in de fout gaat.